Op 21 maart 2023 is door de Eerste Kamer het wetsvoorstel Goed Verhuurderschap aangenomen. De Wet gaat per 1 juli 2023 in en heeft betrekking op verhuur van woonruimte en verhuur van verblijfsruimte aan arbeidsmigranten en geeft daarnaast regels voor goed verhuurderschap in zijn algemeenheid (over bijvoorbeeld de hoogte van de waarborgsom, de hoogte van de servicekosten, het verstrekken van bepaalde informatie aan de huurder, een schriftelijkheidsvereiste ten aanzien van de huurovereenkomst etc.). De Wet heeft als doel om een landelijke norm te creëren rondom het beginsel ‘goed verhuurderschap’ en te zorgen dat discriminatie en intimidatie wordt tegengegaan in de relatie tussen huurder en verhuurder. De Wet Goed Verhuurderschap geldt zowel voor verhuurders als voor verhuurbemiddelaars.
De handhaving van de wet wordt in handen gelegd van de gemeenten, die niet alleen meer mogelijkheden krijgen om in te grijpen richting verhuurders (denk aan waarschuwingen, bestuurlijke boetes opleggen en het toepassen van bestuursdwang), maar tevens extra eisen mogen stellen aan het onderhoud van woningen. In het uiterste geval geeft de Wet goed verhuurderschap gemeenten zelfs de mogelijkheid om van de verhuurder te verlangen de woon- of verblijfsruimte aan een derde in beheer te geven.
Daarnaast geeft de Wet Goed Verhuurderschap gemeenten de mogelijkheid om een zogenaamde ‘verhuurvergunningplicht’ in te stellen. Dit heeft tot gevolg dat verhuren zonder die vergunning niet langer is toegestaan.
Ondanks dat de in de Wet opgenomen regels niet nieuw zijn, is het wel nieuw dat er nu op gehandhaafd kan en mag worden. Heeft u een vraag over de nieuwe Wet Goed verhuurderschap en wilt u weten wat voor gevolgen dit voor u en uw positie heeft? Neem contact met ons op. In een vrijblijvend gesprek vertellen wij welke mogelijkheden er zijn en hoe wij daar eventueel een rol in kunnen spelen.
